“La gente canta con ardor. “¡Que Viva España!” La vida tiene otro Sabor. Y España es la Mejor” Op een bankje zingt een ouder echtpaar luidkeels mee met het nummer Y Viva España dat uit de speakers van een tapasbar schalt. De vertolking van Manuel Escobar in 1973 groeide uit tot Spanje’s tweede volkslied, ook al denk ik stiekem aan de uitvoering van onze eigen Imca Marina.
Op de pedalen
We zijn in Valencia. En ook al houden we enorm van wandelen, we gaan de stad verkennen op de fiets. De Nederlandse Tamara verruilde 2 jaar geleden Rotterdam voor Valencia en geeft sindsdien fietstours door de stad. Spanje’s derde stad is namelijk uitermate geschikt voor een sightseeing op de pedalen, er zijn veel fietspaden en huurfietsen zijn er te kust en te keur.
We ontmoeten elkaar vlakbij onze camperplaats aan de boulevard van Playa de Patacona voor een kop koffie in de zon. Tamara heeft haar hart verloren aan de stad, zo vertelt ze enthousiast, en haar doel is om zoveel mogelijk mensen te laten zien wat Valencia zo bijzonder maakt. Niet alleen de highlights in het centrum zijn de moeite waard, ook de verschillende wijken rondom. En er is geen betere manier om haar stad te laten zien dan op de fiets, zo besluit ze. De zon in je gezicht, de wind door je haren en ondertussen genieten van het bruisende Valencia.
Futuristisch
We springen op onze vouwfietsen en trappen achter Tamara aan. We rijden meteen naar misschien wel de meest opvallende gebouwen van Valencia, de Ciutat de les Arts i Les Ciències (Spaans: Ciudad de las Artes y las Ciencias). Het futuristische ontwerp van deze Stad van de Kunst en de Wetenschap is van de hand van de wereldberoemde Spaanse architect Santiago Calatrava. De Ciutat ligt in het Turia park en bestaat uit 6 gebouwen: de Hemisfèric, de Museu de les ciències, de Oceanogràfic en de Palau de les Arts, de Umbracle en de Agora. Tamara vertelt ons over de moeizame totstandkoming van het immense project. Er schortte nogal wat aan het ontwerp en de constructies en ook het onderhoud kost meer dan vooraf begroot. De bouw startte in 1989 en is nog steeds niet helemaal afgerond. Het ambitieuze project heeft de stad tot nu toe een flinke duit gekost.
De oven
We fietsen verder via het Turia park, de na een ernstige overstroming in 1957 drooggelegde bedding van de Turia, en komen aan bij het Palau de la Musica. Eén van de grootste concertgebouwen in Valencia. Ook hier vergat de betreffende architect destijds iets wezenlijks in zijn ontwerp. Bij de oplevering bleek er gebruik te zijn gemaakt van verkeerde materialen en was er onvoldoende ventilatie aanwezig in de grotendeels glazen constructie. En dat terwijl het kwik ’s zomers kan stijgen tot boven de 40 graden Celsius. Dit is inmiddels hersteld, maar de Valencianen noemen het gebouw nog altijd gekscherend ‘el horno.’ We rijden door naar de Puente de Flores en Calle de Colón waar we even stoppen bij Puerta del Mar. De huidige Puerta del Mar is een reproductie van de oude Puerta del Real. Puerta del Mar is nu een monument voor de slachtoffers van de Spaanse burgeroorlog. Opvallend detail is de vleermuis bovenop het bouwwerk, de beschermheilige van de stad.
Smullen
Valencia kent verschillende markthallen waar je heerlijk doorheen kunt slenteren en je boodschappentas kunt vullen met groenten, fruit, noten en kaas. De Mercado de Colón is een prachtig voorbeeld van de Valenciaanse Art Nouveau architectuur van begin vorige eeuw. De markthal begon als traditionele markt, maar als gevolg van de stevige onderlinge concurrentie van de vele mercado’s in Valencia, werd een nieuwe invulling aan het prachtige pand gegeven. Tegenwoordig is het een plek waar je je smaakpapillen kan verwennen in een van de gastronomische cafeetjes en restaurants.
En wanneer je Valencia bezoekt, de bakermat van de paella, dan trakteer je jezelf natuurlijk op een bordje dampende ‘Paella Valenciana’. De paellarijst wordt geteeld op de gigantische rijstvelden in de regio.
Decoratief
Door de lange winkelstraat Calle de Colón rijden we via de Plaza de Toros naar Estación del Norte. Hoewel de naam suggereert dat het we in het noorden van de stad zijn, duidt hij juist op de richting van de treinen. Naar het noorden! De kleurige gevel van het station is prachtig gedecoreerd met sinaasappels, bloemen en oranjebloesem, een verwijzing naar de belangrijke landbouwproducten van de streek. We komen aan bij de Torres de Quart, een van de 12 stadspoorten van de Valenciaanse stadsmuur. Inmiddels zijn er nog maar twee over, deze Torres de Quart en de Torres de Serranos.
Plaza del Tossal is een van de oudste pleinen van de stad en ligt in het historische centrum van Valencia, de gezellige wijk del Carmen. Via smalle kronkelstraatjes fietsen we naar Plaza de la Virgen, het heilige plein met de Basilica de la Virgen en uitkijktoren El Micalet. Wanneer we uiteindelijk aankomen bij het Palacio del Marqués de Dos Aguas, knipper ik een paar keer met mijn ogen. De rococo stijl van het gebouw staat haaks op dit moderne gedeelte van de stad en de overdadig gedecoreerde façade oogt wat potsierlijk. Het gebouw is absoluut indrukwekkend. Tegenwoordig huisvest het een keramiek museum.
Missie geslaagd!
Tamara is een bevlogen gids, je merkt aan alles dat ze haar hart verloren heeft aan haar Valencia. Haar kennis van de stad is indrukwekkend en m’n hoofd tolt van alle leuke weetjes. Na een dag op de pedalen is Tamara’s missie geslaagd. We willen hier weer terugkomen om de rest van de stad met haar te verkennen. Op de fiets terug naar onze camper krijg ik het deuntje maar niet uit mijn hoofd. ‘Ik hou van dansen en muziek, e Viva España, Van oude trots en romantiek, e Viva España.’
Viva Valencia!
Trappen met Tamara
Valencia is ruim opgezet en daarom een heerlijke stad om op de fiets te verkennen. En onder de deskundige leiding van Tamara weet je zeker dat je niets moois mist. Zij vertelt je net die dingen die je niet in de reisboekjes vindt. Wil je meer weten over de mogelijkheden? Stuur haar dan mailtje.